Stalen snaren rukken op – Holland Festival Oude Muziek editie 2002

Onlangs viel tegelijkertijd met het Tijdschrift Oude Muziek (2/02) een overzicht in de bus van concerten en andere activiteiten die dit jaar samen het Holland Festival Oude Muziek gaan vormen. In de Domstad kunnen geïnteresseerden van 23 augustus tot 2 september 2002 het spoor volgen dat de Jezuïeten achterlieten in de barokke kerkmuziek en komt er toonkunst uit Adriatische contreien aan bod. Maar er wordt ook stilgestaan bij De Goede Week volgens Schütz en via de vioolsonates van Beethoven kan een kijkje genomen worden in de 19e-eeuwse salons.

festival_poster2002Alhoewel er een aantal interessante concerten in het vooruitzicht wordt gesteld, doet het programmaboekje mijn hart niet sneller kloppen. Na het vertrek van mede-festival-oprichter Jan Nuchelmans is men in het Utrechtse Oude Muziek-circuit een andere weg in geslagen. Ik reageerde eerder over dit fenomeen met een ingezonden schrijven gericht aan het Tijdschrift Oude Muziek. Met het triomfantelijk als ‘primeur’ binnenhalen van het Combattimento Consort doen de stalen snaren nu definitief hun intrede in het Utrechtse oude muziek landschap en hebben de rekkelijken het pleit gewonnen. Jan Willem de Vriend die met de Nationale Reisopera, het Onafhankelijk Toneel en zijn Combattimento Consort het festival gaat opluisteren met de Platée van Rameau, wordt uitgebreid aan het woord gelaten in het Tijdschrift Oude Muziek. Dat levert drie pagina’s vol quasi musicologisch gewauwel op.

Een paar citaten wil ik u niet onthouden:

* ..”We gaan voor de derde keer iets van Rameau doen, en weer luidde de vraag: oude of nieuwe instrumenten? Ik liet onze eerste hoboïst de partituur zien: je hebt in Platée van die kikkerimitaties, maar dat effect bleek op een moderne hobo niet uit de verf te komen en dan doe je de muziek onrecht. Toen zijn we eens even heel precies gaan uitzoeken wat voor instrumenten Rameau heeft gebruikt. Op die Franse hobo’s en traverso’s uit zijn tijd klinkt het dus echt heel anders. En onze strijkers stemmen we gewoon een toon lager.”
* ..”Ik heb wel eens een programma rond de Napolitaanse school gemaakt, met stukken van bijvoorbeeld Francesco Durante en Alessandro Scarlatti. Dan merk je dat het publiek zo’n avond als eenzijdig ervaart. Achteraf was het beter geweest om tegenover zo’n Napolitaans stuk iets Romeins te zetten, een Correli’tje bijvoorbeeld……”
* .. “In ons programma met de zes Brandenburgse Concerten van Bach gebruiken we meestal een natuurhoorn. Maar niet toen we laatst in Rome speelden. Onze hoornist had de zaalakoestiek uitgeprobeerd, op de een of andere manier werkte het niet en toen hebben we een moderne hoorn gebruikt. En zo was het vroeger natuurlijk ook: de kapelmeester bepaalde uiteindelijk hoe zijn orkest, gegeven de omstandigheden, een stuk het beste kon realiseren. In die zin zijn wij het met Combattimento Consort authentieker dan ensembles die met oude instrumenten in een veel te grote zaal spelen.”

Ziet u het voor u? Bach, niet tevreden met de ‘zaalakoestiek’ van het aan de Leipziger Catherinenstraße gelegen koffiehuis van Gottfried Zimmermann, besluit in plaats van de natuurhoorn een nog niet uitgevonden moderne hoorn in te zetten. En wat te denken van het degenereren van de ongelooflijk rijke muziek die binnen de muren van het barokke Napels is ontstaan.

Niet alleen het binnenhalen van De Vriend geeft voeding aan de eerder ingezette trendbreuk. Alexandre Tharaud zal op een moderne Steinway-vleugel ‘het brede scala van kleurnuances en het subtiele spel met samenklanken van Rameaus klavecimbelwerken optimaal gaan uitbuiten, waardoor deze muziek in een verrassend perspectief zal komen te staan.’ Hoboïst Bart Schneemann krijgt een podium om een ‘spannende confrontatie’ aan te gaan met oude en moderne instrumenten in een programma met muziek van Widerkehr en Poulenc. En een ‘must voor iedere avontuurlijk ingestelde liefhebber van oude muziek’ is de uitvoering van Bachs motet Jesu meine Freude, dat gelardeerd wordt met ‘stukken voor diverse bezettingen van onze tijdgenoot György Kurtág’ uitgevoerd door het ‘befaamde’ Collegium Vocale Gent.

Twee jaar geleden nam ik als conservatief-oude-muziek-liefhebber definitief afscheid van Utrecht. Vergelijkt u het met het uitbrengen van een blanco stem. Zo’n daad valt niet op, legt geen gewicht in de schaal en zal ook geen veranderingen teweeg brengen, maar het is een uiting van protest. Nog steeds brengt een meerderheid zijn stem wel uit en zo zal ook het Utrechtse festival dit jaar weer druk bezocht worden. Publiekstrekkers als Ton Koopman, John Eliot Gardiner (‘een van de grootste namen in de oude muziek’), Frans Brüggen en Paul van Nevel staan daar borg voor. In het Tijdschrift Oude Muziek verwijst festivalprogrammeur Jan van den Bossche mij met andere andersgestemden eind augustus naar ‘ vast en zeker ook spannende heruitzendingen van bijvoorbeeld Goede tijden, slechte tijden….’. Los van het denigrerende karakter van dit advies kan ik hem verzekeren dat er waarachtig ook andere keuzes te maken zijn. Een goed boek bijvoorbeeld.

Tenslotte dit. Als ik niet behept zou zijn met een principieel rechte rug, dan zou ik deze zomer zeker de volgende concerten bezoeken:

– zaterdag 24 augustus, 17.30 uur, Jacobikerk: Mala Punica o.l.v. Pedro Memelsdorff
– zaterdag 24 augustus, 22.30 uur, St. Gertrudis Kathedraal: Zangers van het eiland Hvar
– zondag 25 augustus, 20.00 uur, Vredenburg: Le Concert Spirituel o.l.v. Hervé Niquet
– dinsdag 27 augustus, 17.30 uur, St. Augustinuskerk: La Sfera Armoniosa o.l.v. Mike Fentross
– woensdag 28 augustus, 20.00 uur, Vredenburg: Le Poème Harmonique o.l.v. Vincent Dumestre
– vrijdag 30 augustus, 20.00 uur, Vredenburg: Ensemble Européen William Byrd o.l.v. Graham O’Reilly
– zaterdag 31 augustus, 16.00 uur, Maria Minor: Hélène Schmitt, barokviool, en Jan Willem Jansen, klavecimbel
– zondag, 1 september, 16.00 uur, Vredenburg: L’Arpeggiata o.l.v. Christina Pluhar

festival_logo2002

Voor meer informatie over deze en andere concerten klikt u op bovenstaand logo. Op de openingspagina van de Utrechtse oude muziek organisatie troffen bezoekers tot 22 mei 2002 de volgende wervende tekst aan:
Welkom bij de Organisatie Oude Muziek
Organisatie Oude Muziek bestaat sinds 1982 en organiseert concerten met repertoire vanaf het begin van de Middeleeuwen tot in de 19e eeuw. Er wordt hierbij uitgebreid gebruik gemaakt van de meest recente inzichten in de historische uitvoeringspraktijk en bij de concerten wordt er gespeeld op oorspronkelijke instrumenten of kopieën daarvan.‘ Tegenwoordig heet men u welkom met de tekst: ‘ Organisatie Oude Muziek organiseert sinds 1982 concerten met repertoire vanaf het begin van de Middeleeuwen tot in de 19e eeuw. Hierbij wordt uitgebreid gebruik gemaakt van de meest recente inzichten in de historische uitvoeringspraktijk.

Grappig, nietwaar?