De in 1806 in de hoofdstad van Spaans Baskenland, Bilbao, geboren Juan Cristóstomo de Arriaga had alles in zich om een groot componist te worden. Van huis uit kreeg hij een muzikale opvoeding mee. Niet zo verwonderlijk want zijn vader Juan Simón de Arriaga y Uriézaga, als kerkorganist werkzaam in Berriatua, herkende al snel de aanleg voor muziek bij zijn zoon. Het muzikale talent van Juan Cristóstomo werd verder ontwikkeld door een violist van het orkest van de kathedraal van Santiago. Op dertienjarige leeftijd verraste Juan Cristóstomo als autodidact de in het operatheater van Bilbao verzamelde liefhebbers met zijn opera Los esclavos felices (De gelukkige slaven). Het werk werd een groot succes.
Zijn eerste serieuze muziekstudie ving eerst aan in 1821 aan het Conservatoire National Supérieur de Musique in Parijs. Daar kreeg hij vioolles van Pierre Marie François de Sales Baillot, harmonieleer van François-Joseph Fétis en schoolde Luigi Cherubini hem in de theorie van het contrapunt. Zijn uitzonderlijke talent zorgde ervoor dat de achttienjarige Juan Cristóstomo drie maanden na zijn aankomst in Parijs als jongste leraar ooit een aanstelling kreeg aan het Parijse conservatorium.
Voor de jonge Juan Cristóstomo lag een grote toekomst in het verschiet als componist. Deze stelling wordt bewezen door de alom geprezen kwaliteit van zijn in 1823 gepubliceerde Symfonie in d klein, een aantal religieuze koorwerken, waaronder een prachtige zetting van het Stabat Mater, en last but not least een drietal hoogwaardige strijkkwartetten. Helaas moeten we het stellen met een relatief kleine muzikale nalatenschap van de ‘Spaanse Mozart’, want amper twintig jaar jong bezweek de componist in Parijs aan de gevolgen van tuberculose. In Bilbao wordt hij nog steeds geëerd als een grote zoon van de natie. De belangrijkste schouwburg van de stad draagt zijn naam en voor het museum der schone kunsten bevindt zich het Monumento Arriaga.
Het Spaanse label Glossa heeft een in alle opzichten prachtig verzorgde cd uitgebracht met de drie strijkkwartetten van Arriaga. Hij componeerde ze op zeventienjarige leeftijd. De verleiding is groot ze te vergelijken met soortgelijke composities van Mozart, Beethoven, Mendelssohn en Boccherini, omdat de invloeden van al die meesters erin kunnen worden herkend. Maar vergist u zich niet, ze zijn duidelijk van de hand van een oorspronkelijke muzikale geest. Het is aanstekelijk fraaie muziek en als u zich ook maar enigszins rekent tot de liefhebbers van vroeg negentiende eeuwse kamermuziek, dan mogen ze gewoonweg niet ontbreken in uw muziekverzameling. Zeker niet in de versies die het Spaanse strijkkwartet La Ritirata ten beste geeft. De vier musici, Hiro Kurosaki en Miren Zeberio, viool, Daniel Lorenzo, altviool, en Josetxu Obregón, leveren gebruikmakend van authentiek instrumentarium een prestatie van de bovenste plank. Luistert u via de hieronder geplaatste cd-link naar het openingsdeel van Arriaga’s tweede strijkkwartet en ervaar hoe muziek kan zorgen voor een beter welzijn!
Arriaga: The Complete String Quartets